Eenbentmoment in Norway #roadtrip

Je leest het goed in de titel, een roadtrip. Een roadtrip door het volgende Scandinavische land, dit keer was Noorwegen aan de beurt. Na heel wat uurtjes kletsen over ‘wat zou dat gaaf zijn om te doen,’ hakten we knopen door en besloten we de rit – letterlijk – te wagen.


Op een vroege dinsdagochtend vertrokken we met de trein vanuit Århus richting Hirsthals (nog in Denemarken) waar onze ferry vertrok naar Kristiansand (en dat is dus al in Noorwegen). Daar haalden we onze 7 personenauto op. Dat klinkt wellicht royaal voor zes mensen, maar niets was minder waar. Met onze inboedel gestopt in twee bescheiden tassen - en dat met allemaal winterkleding (!) was het de lengte van de autostoelen die het zitten ietwat lastig maakten voor ons. De gezinsauto was duidelijk ontworpen voor, jawel, een gezin met kinderen waarvan de lengte nog opgemeten wordt met een groeimeter. Niet groot dus. Nadat we steen-papier-schaar deden voor de beste plekken, konden we met onze reis beginnen. Onze trip bestond uit de plekken: Preikestolen, Stavanger, Bergen, Tyssedal, Hol en we eindigden in Oslo. Het liefst ga ik in volle detail in op alles wat we zagen, maar dan ben ik volgend jaar kerst nog bezig vrees ik. Dus hierbij licht ik wat hoogtepunten – letterlijk met ruim 1000 km in de bergen – uit.

Na de flinke reisdag van Denemarken naar Noorwegen kwamen we in de avond aan in Preikestolen. Met een frisse temperatuur rond de 5 graden reden we het hikerscamp op. Lees: kleine cabines in de vorm van een kever. In de kever: twee ultradunne matjes op de grond en in het midden een verwarmingsapparaatje op de grond. Zo’n apparaatje was hard nodig, want geen dekbed included. Met de quote ‘brutale mensen hebben de halve wereld’ pleegden we toch even een bezoekje langs de receptie om te vragen of ze toch niet een dekbed voor ons hadden. De kevertjes lagen onderaan een berg, dus met ons goede gedrag wandelden we de berg op waar de receptie boven op ons wachtte. We werden verwelkomd met warme chocolademelk en een gul aanbod om in plaats van in de koude cabines in een verwarmd huis, inclusief dekbed te slapen. De Hollanders die we zijn meteen vragen wat dit aanbod dan wel niet schuift? Zeven euro. Een gevalletje too good to be true? Dat dachten we, maar nee. Volgens deze werknemer was het toch echt te koud om niet onder een dekbed te liggen, dus keek hij met ons mee naar de opties. Door dit ongelofelijke fijne aanbod hebben we een goede – en warme – nacht kunnen maken, waardoor we in de ochtend fris waren voor de hike die ons te wachten stond. Na een all inclusive ontbijt – plus een stiekem meegesmokkelde lunch – trokken we onze sneakers aan, waarna de werknemer van gister weer even met deze onervaren hikers meedacht. De sneakers die wij aan wilden trekken waren absoluut niet geschikt voor de Preikestolen hike. Dus met duidelijk niet moeders mooiste bergschoenen die we huurden bij de receptie begonnen we toch echt aan onze tocht. Na ongeveer drie uurtjes stonden we dan eindelijk boven en de view was ongelofelijk. Met ongeveer zeshonderd meter in de hoogte konden m’n ogen de diepte naar beneden niet bevatten, maar ik weet wel één ding: vergeten doe ik het nooit.

 

We vervolgden hierna onze reis naar Stavanger. In de auto zeiden we tegen elkaar: shit, volgens mij hebben we het hoogtepunt nu al gehad, maar niets was minder waar want we zijn de hele week verrast door mooie momenten. Zoals het rijden in de auto. Naja rijden deed ik niet, want angstig, maar lekker zitten en naar buiten kijken deed ik wel. Genieten was het. Met het gezin ben ik vroeger een aantal keer in Noorwegen geweest, maar opgeslagen hoe mooi dit land was had ik niet. Naast het meebléren op goede nummers, hoorde je ook meermaals: ‘waaauw’, ‘oh jongens, kijk hier rechts’, ‘waterval!’, ‘wat prachtig’.


Als Stavanger een andere naam zou krijgen zou het idyllisch heten. Dat weet ik zeker. Het deed mij ontzettend denken aan het dorp van de film Dik Trom. Allemaal witte huizen. Pas in het centrum zag je huizen met kleur. Lang op een plek verblijven deden we niet, dus reden we verder naar Bergen. Ook hier gekleurde huizen in het centrum. Om eerlijk te zijn hebben we hier niet de toerist uitgehangen. Door onze roadtrip genoten we enorm van het zien van mooie natuur, rijden in de auto, cozy avondjes op de bank. Een city trip vergt veel energie, dedication en geld. Toch hebben we wel de hot spot van Bergen meegepakt, namelijk met het treintje de berg op naar het uitzichtpunt. Vanaf daar kon je uitstekend op de stad neerkijken. Hoewel het pas half oktober was, waanden we ons al even in de kerstferen door het bezoeken van de julehuset (kerstwinkel).

Op elke plek verbleven we in een airbnb, maar ze konden niet verder van elkaar verschillen. De omgeving van het huis in Tyssedal was werkelijk waar ontzettend speciaal. We waren omringd door bergen, maar de binnenkant leek op een huis waar al decades geen VT-wonen programma heeft aangestaan. Bakstenenmuren, kou die door gleuven binnen weet te komen, veel antiekhout en verder een grimmige sfeer. Het is maar goed dat je dan maar een nachtje op zo’n plek verblijft. Toch wisten we de sfeer in het stekkie te brengen, want met de kerstserie Hjem til jul zaten we met z’n zesjes zwijmelend op de bank.


Gedurende de roadtrip zagen we meerdere sneeuw, maar dan op de topjes van de bergen. Daar namen we al genoegen mee, want het zag er winters genoeg uit. Het was tenslotte nog maar oktober, dus wensen op sneeuw, deden we wel, maar verwachten niet. Totdat we tijdens onze laatste paar dagen opeens een winter wonderland binnenreden. En dat was magisch. Van een landschap zonder sneeuw, rijd je opeens op een weg met sneeuw. Je kan vast wel raden hoe de binnenkant van de auto klonk: ‘OMG, JONGENS, SNEEUW’. Dat maakte de Noorwegen-experience gewoon echt compleet.



We sloten de trip af met – toch – een klein city tripje naar Oslo, waar we de auto inleverde en we uiteindelijk het vliegtuig naar Århus pakten.